Patiënten met een ernstige vorm van endeldarmkanker krijgen meestal een behandeling die bestaat uit bestraling in combinatie met chemotabletten, gevolgd door een operatie. Desondanks is er nog steeds een aanzienlijke kans dat de ziekte terugkeert of dat er uitzaaiingen ontstaan. Kan het perspectief en de overlevingskans voor de patiënt verbeteren door voor de operatie te behandelen met extra chemotherapie? Evi Banken doet daar onderzoek naar, met hulp van ZonMw en het Catharina Onderzoeksfonds.
Eerdere studies laten zien dat het toevoegen van extra chemotherapie voor een operatie kan bijdragen aan het verkleinen van een tumor. “Maar die studies tonen beperkt bewijs dat dit ook kan resulteren in een betere overlevingskans”, zegt Banken. De onderzoekster denkt dat dat komt omdat niet alle patiënten uit deze studies baat hebben bij extra chemotherapie. Hierdoor wordt het effect van het toevoegen van chemotherapie bij een bepaalde patiëntengroep mogelijk onderschat.
“Daarom willen we beter selecteren welke patiënten echt een slechte prognose hebben, waarvan we verwachten dat ze wel winst zullen behalen met deze therapie. Daar loopt nu in het Catharina Ziekenhuis ook een studie naar. De voorlopige resultaten daarvan zijn veelbelovend.”
Vaker ziektevrij en langer leven
Om in afwachting van deze resultaten al te onderzoeken of we in deze studie de juiste patiënten hebben gekozen die mogelijk meer effect kunnen hebben van chemotherapie, willen we gegevens uit het verleden vergelijken van patiënten die wel met extra chemotherapie zijn behandeld en patiënten die dat niet kregen. “We denken dat extra chemotherapie bij deze hoogrisicogroep ervoor kan zorgen dat de tumor beter reageert, dat patiënten vaker ziektevrij blijven en mogelijk ook langer leven’’, zegt Banken.
Banken onderzoekt dit door gegevens te vergelijken van patiënten die tussen 2016 en 2020 zijn behandeld. “In die periode kregen patiënten in sommige gevallen extra chemotherapie, terwijl dat niet overal als standaardbehandeling werd gezien. De cijfers van deze groep patiënten vergelijken we met patiënten uit het Catharina Ziekenhuis en het Erasmus MC die deze aanvullende chemotherapie niet kregen voor de operatie.”
Operaties voorkomen
Banken verwacht uit die gegevens te kunnen afleiden dat de extra chemotherapie ervoor zorgt dat de tumor beter reageert en daardoor makkelijker operatief verwijderd kan worden, of in sommige gevallen zelfs helemaal verdwijnt. “Dan hoeft een patiënt meestal niet te worden geopereerd, en kunnen een stoma en complicaties gerelateerd aan de operatie voorkomen worden’’,
Banken verwacht in de loop van dit jaar de bevindingen van deze studie te kunnen publiceren. Samen met de resultaten van de andere studie moet dit de opmaat zijn naar een grotere vervolgstudie, waarbij we het effect van de chemotherapie nog beter willen toetsen aan de hand van een landelijke lotingsstudie. “Voordat we daarmee kunnen beginnen, zijn we nog wel anderhalf jaar verder”, schat de onderzoekster in.
